H4 | Een veranderende wereld (CE)

20-10-2018

Domein B: wereld | Over de gevolgen van globalisering op economisch en cultureel gebied (Van den Bunder & Peters, 2017).

© foto: De Geo., 2017.   

Inhoud

  • Paragraaf 1 | Economische mondialisering.
  • Paragraaf 2 | Culturele globalisering.

H4 | Paragraaf 1 | Economische mondialisering

  • Deelvragen.
  • Video's.
  • Extra.
  • Koppeling met het eindexamen (uit de syllabus centraal examen 2019 door het College van Toetsing en Examens).

© foto: De Geo., De drie centra van de motorvoertuigenindustrie in India, 2011., 2017.

Deelvragen

1. Wat zijn de gevolgen van globalisering voor verschillende gebieden en samenlevingen in de wereld?

2. Welke veranderingen zorgen voor een versnelling van het globaliseringsproces?

3. Hoe spelen opkomende economieën en multinationale ondernemingen een (steeds grotere) rol in internationale handels- en investeringsstromen?

4. Hoe beïnvloeden netwerken van bedrijven en migranten steden en gebieden?

5. Wat zijn de belangrijkste mondiale migratiestromen en waarom zijn die het belangrijkst?

6. Waarom neemt de Zuid-Zuidmigratie toe (Van den Bunder & Peters, 2017)?


Video's*

Titel: wat is globalisering?

T/m 1 min: uitleg van het begrip globalisering.

Na 1 min toepassing globalisering met de volgende begrippen: WTO, MNO, lagelonenlanden, outsourcing, economische- en sociale ongelijkheid, transsporttechnologie, tijd-ruimte compressie, communicatietechnologie, global shift.

Zie blz 90-91 van het boek Arm en rijk (De Geo) havo 4, de tekst bij globalisering, voor-en nadelen, een wereldwijde verschuiving, outsourcing in India.


Titel: Migratie: Levensader voor Afrika.

Koppelen aan de mondiale migratiestromen op blz. 93 van het boek Arm en rijk (De Geo) havo4. Dit filmpje gaat over de Zuid ---> Noord migratie, zie figuur 4.6 op blz. 93.

*De geselecteerde video's zijn niet door mijzelf gemaakt. 



Koppeling met het eindexamen (uit de syllabus centraal examen 2019 door het College van Toetsing en Examens).

Geografische vragen herkennen en formuleren

Domein B: wereld.

Je kan:

Mondiale spreidings- en relatiepatronen van economische, demografische en sociaal-culturele verschijnselen beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Mondiale economische, demografische en sociaal-culturele spreidingspatronen, alsmede de meest opvallende veranderingen hierin sinds 1980 beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Mondiale relatiepatronen van handel, investeringen en migratie beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Het proces van mondialisering/globalisering in economisch en (sociaal-)cultureel opzicht beschrijven en verklaren.

Voor Groot-Brittannië en India de positie in mondiale patronen en de effecten van globalisering herkennen en verklaren.

Aandachtspunten:

Indicatoren maken het vergelijken en categoriseren van landen mogelijk. Indicatoren op nationale schaal verhullen ruimtelijke en sociale verschillen.

Op basis van economische indicatoren kan de wereld ingedeeld worden in een wereldsysteem met een centrum, periferie en semiperiferie. Het (oorspronkelijke) mondiale centrum-periferie patroon hangt samen met de erfenis van het koloniale verleden en de internationale arbeidsverdeling die daar uit naar voren kwam. De periferie (het zuiden) raakt meer gedifferentieerd (opkomende landen, middengroep, achterblijvers).

Op basis van de demografische indicatoren kan de wereld ingedeeld worden naar fasen in de demografische transitie. Demografische transities zijn vaak gerelateerd aan economische ontwikkeling.

Op basis van culturele indicatoren kan de wereld ingedeeld worden in cultuurgebieden. Talen en godsdiensten zijn (o.a.) door kolonialisme en migratie verspreid. Culturele grenzen zijn door huidige migratie en culturele uitwisseling steeds moeilijker te trekken.

Internationale handels- en investeringsstromen voltrekken zich in grote mate binnen en tussen de drie kerngebieden (de triade).

Opkomende economieën en MNO's uit deze landen spelen een steeds grotere rol in internationale handels- en investeringsstromen, China krijgt een grotere rol op het wereldtoneel, Zuid-Zuid handel en investeringen worden belangrijker.

Internationale migratiestromen zijn al geruime tijd in grote mate Zuid-Noord gericht met als belangrijkste bestemmingen: Noord-Amerika, EU en het Midden-Oosten.

Internationale Zuid-Zuid migratie neemt toe met de economische ontwikkeling van gebieden / regio's.

Globalisering leidt tot integratie van gebieden en samenlevingen.Technologische innovatie en vrijhandel zijn de motoren van het globaliseringsproces. Economische globalisering leidt vaak tot grotere economische verschillen en concurrentie tussen gebieden en groepen mensen. Culturele globalisering leidt tot tegenreacties zoals de herwaardering van regionale (en nationale) identiteiten. Netwerken (van bedrijven, instellingen, migranten) omspannen de wereld en oefenen hun invloed uit op steden en gebieden, op sociale groepen en individuen. Wereldsteden spelen een belangrijke rol in deze netwerken.

Groot-Brittannië als huidig kern land (centrum) en voorheen grote koloniale mogendheid, transformatie van een industriële naar een diensteneconomie, positie van wereldstad Londen in mondiale economie. India als voormalige Britse kolonie en opkomende economische mogendheid, diversificatie van de economie, positie in de mondiale economie. In beide landen nemen onder invloed van globalisering de sociale en ruimtelijke verschillen toe. (Historisch gegroeide) economische en culturele banden tussen beide landen zijn zichtbaar in (huidige) handels-, investerings- en migratiepatronen.

Belangrijke werkwijzen:

Verschijnselen op nationale schaal beschrijven. Landen en indicatoren vergelijken.

Landen indelen en in een mondiale context plaatsen. Vergelijken van landengroepen (in de tijd). Relaties leggen tussen indicatoren / verschijnselen.

Relaties leggen tussen gebieden en gebieden plaatsen in mondiale netwerken.

Dimensies onderscheiden aan globalisering (economisch, cultureel), gebieden in deze context plaatsen en vergelijken, netwerken onderscheiden.

Gebieden in context plaatsen en relaties leggen tussen het algemene en het bijzondere.

Begrippen:

Economische indicatoren: BBP/BRP, (gemiddeld) inkomen (per capita), koopkracht, (samenstelling van) beroepsbevolking.

Demografische indicatoren: bevolkingsspreiding en dichtheid, bevolkingsgroei (fase in de demografische transitie), leeftijdsopbouw, verstedelijking.

Sociaal-culturele indicatoren: analfabetisme, taal, godsdienst.

Economisch: wereldsysteem: centrum, semi-periferie, periferie, internationale arbeidsverdeling, vestigingskolonie, exploitatie kolonie, dekolonisatie.

Demografisch: demografische transitie, demografische druk, verstedelijking.

Sociaal-cultureel: cultuurgebied, diffusie.

Triade,vrijhandel, ruilvoet, Multinationale onderneming (MNO) / multinational, arbeidsmigratie, Push en pull factoren.

Tijd-ruimte compressie,transporttechnologie, communicatietechnologie. mondiale netwerken, wereldstad.

Economische globalisering: global shift, nieuwe internationale arbeidverdeling, productieketen, regionale en sociale ongelijkheid, WTO.

Culturele globalisering: Amerikanisering, Lingua franca, identiteit.

Industrialisatie, de-industrialisatie, zakelijke (en financiële) dienstverlening (College voor Toetsen en Examens, 2018).

Paragraaf 2 | Economische mondialisering

  • Deelvragen.
  • Video's.
  • Extra.
  • Koppeling met het eindexamen (uit de syllabus centraal examen 2019 door het College van Toetsing en Examens). 

© foto: De Geo., De top 25 wereldsteden volgens A.T. Kearney, 2016., 2017. 

Deelvragen

7. Wat zijn de gevolgen van globalisering voor de verschillende culturen op de wereld?

8. Tot welke reactie leidt culturele eenwording?

9. Welke rol spelen wereldsteden in transnationale netwerken (Van den Bunder & Peters, 2017)?



Video's*

Titel: Lioz Shem Tov. Comedy Magician 'Telekenisis' Auditions America's Got Talent 2018.

Koppelen aan: lingua franca en amerikanisering. Zie blz. 101, de tekst bij culturele eenwording van het boek Arm en rijk (De Geo) havo4.


Titel: Streetlab - Werken bij de MacDonald's?

MacDonald's koppelen aan amerikanisering. Zie blz. 101, de tekst bij culturele eenwording van het boek Arm en rijk (De Geo) havo4. 


Titel: Alicia Keys & Jay Z - Empire State of Mind LIVE (HERE in Times Square) 2016

Koppelen aan wereldsteden en mondiale netwerken. Zie de tekst wereldsteden op blz 102 van het boek Arm en rijk (De Geo) havo4.

*De geselecteerde video's zijn niet door mijzelf gemaakt. 



Koppeling met het eindexamen (uit de syllabus centraal examen 2019 door het College van Toetsing en Examens).

Geografische vragen herkennen en formuleren

Domein B: wereld.

Je kan:

Mondiale spreidings- en relatiepatronen van economische, demografische en sociaal-culturele verschijnselen beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Mondiale economische, demografische en sociaal-culturele spreidingspatronen, alsmede de meest opvallende veranderingen hierin sinds 1980 beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Mondiale relatiepatronen van handel, investeringen en migratie beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.

Het proces van mondialisering/globalisering in economisch en (sociaal-)cultureel opzicht beschrijven en verklaren.

Voor Groot-Brittannië en India de positie in mondiale patronen en de effecten van globalisering herkennen en verklaren.

Aandachtspunten:

Indicatoren maken het vergelijken en categoriseren van landen mogelijk. Indicatoren op nationale schaal verhullen ruimtelijke en sociale verschillen.

Op basis van economische indicatoren kan de wereld ingedeeld worden in een wereldsysteem met een centrum, periferie en semiperiferie. Het (oorspronkelijke) mondiale centrum-periferie patroon hangt samen met de erfenis van het koloniale verleden en de internationale arbeidsverdeling die daar uit naar voren kwam. De periferie (het zuiden) raakt meer gedifferentieerd (opkomende landen, middengroep, achterblijvers).

Op basis van de demografische indicatoren kan de wereld ingedeeld worden naar fasen in de demografische transitie. Demografische transities zijn vaak gerelateerd aan economische ontwikkeling.

Op basis van culturele indicatoren kan de wereld ingedeeld worden in cultuurgebieden. Talen en godsdiensten zijn (o.a.) door kolonialisme en migratie verspreid. Culturele grenzen zijn door huidige migratie en culturele uitwisseling steeds moeilijker te trekken.

Internationale handels- en investeringsstromen voltrekken zich in grote mate binnen en tussen de drie kerngebieden (de triade).

Opkomende economieën en MNO's uit deze landen spelen een steeds grotere rol in internationale handels- en investeringsstromen, China krijgt een grotere rol op het wereldtoneel, Zuid-Zuid handel en investeringen worden belangrijker.

Internationale migratiestromen zijn al geruime tijd in grote mate Zuid-Noord gericht met als belangrijkste bestemmingen: Noord-Amerika, EU en het Midden-Oosten.

Internationale Zuid-Zuid migratie neemt toe met de economische ontwikkeling van gebieden / regio's.

Globalisering leidt tot integratie van gebieden en samenlevingen.Technologische innovatie en vrijhandel zijn de motoren van het globaliseringsproces. Economische globalisering leidt vaak tot grotere economische verschillen en concurrentie tussen gebieden en groepen mensen. Culturele globalisering leidt tot tegenreacties zoals de herwaardering van regionale (en nationale) identiteiten. Netwerken (van bedrijven, instellingen, migranten) omspannen de wereld en oefenen hun invloed uit op steden en gebieden, op sociale groepen en individuen. Wereldsteden spelen een belangrijke rol in deze netwerken.

Groot-Brittannië als huidig kern land (centrum) en voorheen grote koloniale mogendheid, transformatie van een industriële naar een diensteneconomie, positie van wereldstad Londen in mondiale economie. India als voormalige Britse kolonie en opkomende economische mogendheid, diversificatie van de economie, positie in de mondiale economie. In beide landen nemen onder invloed van globalisering de sociale en ruimtelijke verschillen toe. (Historisch gegroeide) economische en culturele banden tussen beide landen zijn zichtbaar in (huidige) handels-, investerings- en migratiepatronen.

Belangrijke werkwijzen:

Verschijnselen op nationale schaal beschrijven. Landen en indicatoren vergelijken.

Landen indelen en in een mondiale context plaatsen. Vergelijken van landengroepen (in de tijd). Relaties leggen tussen indicatoren / verschijnselen.

Relaties leggen tussen gebieden en gebieden plaatsen in mondiale netwerken.

Dimensies onderscheiden aan globalisering (economisch, cultureel), gebieden in deze context plaatsen en vergelijken, netwerken onderscheiden.

Gebieden in context plaatsen en relaties leggen tussen het algemene en het bijzondere.

Begrippen:

Economische indicatoren: BBP/BRP, (gemiddeld) inkomen (per capita), koopkracht, (samenstelling van) beroepsbevolking.

Demografische indicatoren: bevolkingsspreiding en dichtheid, bevolkingsgroei (fase in de demografische transitie), leeftijdsopbouw, verstedelijking.

Sociaal-culturele indicatoren: analfabetisme, taal, godsdienst.

Economisch: wereldsysteem: centrum, semi-periferie, periferie, internationale arbeidsverdeling, vestigingskolonie, exploitatie kolonie, dekolonisatie.

Demografisch: demografische transitie, demografische druk, verstedelijking.

Sociaal-cultureel: cultuurgebied, diffusie.

Triade,vrijhandel, ruilvoet, Multinationale onderneming (MNO) / multinational, arbeidsmigratie, Push en pull factoren.

Tijd-ruimte compressie,transporttechnologie, communicatietechnologie. mondiale netwerken, wereldstad.

Economische globalisering: global shift, nieuwe internationale arbeidverdeling, productieketen, regionale en sociale ongelijkheid, WTO.

Culturele globalisering: Amerikanisering, Lingua franca, identiteit.

Industrialisatie, de-industrialisatie, zakelijke (en financiële) dienstverlening (College voor Toetsen en Examens, 2018).